INFO Voortgang 17 (1997/98): 3-89323-431-7
•••» Autorenverzeichnis 

   • • •  
 •• bestellen ••  
W. de Leeuw: Het postmoderne van Gerrit Krols beschouwend werk. Een voetnoot bij 'De abstracte roman' //
Jaconelle Schuffel: Comt alle menschen, schept consten'. De Zeven Vrije Kunsten in de spelen van de Olijftack en de Goubloeme op het Landjuweel van 1561 //
F. Smulders: Gorter als vissertje; de geschiedenis van een gedicht en het gedicht van een geschiedenis //
P. Beij-Sutmuller: G.C. Mulder, een schrijvende onderwijzer //
Dick Wortel: Het woordenboekcitaat in de oudste WNT-delen //
L. Zutt: J.H. Halbertsma en de taalkundige opvattingen van Willem Bilderdijk en Jacob Grimm //
Geert R. W. Dibbets: Het Redelijk Gezelschap van Joannes Vollenhove //
G. J. Johannes: "Elk weet wat dichtkunst, wat welsprekendheid is". Retorica en de Maatschappij der Nederlandse Letterkun-de, 1780-1830 //
E. Britz: Inskripsies in 'n "gaapsing". 'n Interpretasie van die pentekening op die omslag van Breyten Breytenbach se dig-bundel Soos die so (1990) //
S. Kooij: Enargeia – het beeld in de taal in de retorische traditie van de klassieke oudheid en de Renaissance
|| VerlagsVZ: •••» NODUS – Katalog [erneut] laden